Mijn Van der Pek – Aris over zijn buurt

Al negen jaren woon ik in de Van der Pekbuurt, aan het Jac. P. Thijsseplein, naar alle tevredenheid.
Voor een ieder die niet meer weet wie Jac. P. Thijsse is: dat was de grondlegger van de Nederlandse natuurbescherming. Aan Jac. P. Thijsse hebben we het Amsterdamse Bos te danken, het behoud van het Naardermeer en vele andere natuurgebieden in Nederland. Hij was één van de oprichters van de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten, gaf ecologische adviezen aan Staatsbosbeheer en schreef tientallen boeken en artikelen over de natuur, waaronder de beroemde determinatiegids voor wilde planten, de Flora (samen met E. Heimans).


Al negen jaren woon ik in de Van der Pekbuurt, aan het Jac. P. Thijsseplein, naar alle tevredenheid.
Voor een ieder die niet meer weet wie Jac. P. Thijsse is: dat was de grondlegger van de Nederlandse natuurbescherming. Aan Jac. P. Thijsse hebben we het Amsterdamse Bos te danken, het behoud van het Naardermeer en vele andere natuurgebieden in Nederland. Hij was één van de oprichters van de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten, gaf ecologische adviezen aan Staatsbosbeheer en schreef tientallen boeken en artikelen over de natuur, waaronder de beroemde determinatiegids voor wilde planten, de Flora (samen met E. Heimans).

Maar de meeste mensen zullen hem waarschijnlijk kennen van de Verkade Albums: een fantastische reeks boeken over de levende natuur en het Nederlandse landschap, grotendeels gebaseerd op eigen waarneming. Met tot de verbeelding sprekende illustraties van Rol, Wenckebach, Voerman e.a.
Jac. P. Thijsse was een tijdgenoot van Ernst van der Pek. Sterker nog: ze werden allebei in hetzelfde jaar geboren: 1865.

Het leuke van de Van der Pekbuurt is dat die, bedoeld of onbedoeld, niet alleen Van der Pek’s stempel draagt (logisch: dat was de architect), maar ook de sfeer van Thijsse uitademt. Er is welliswaar niet een heemtuin te vinden (het concept heemtuin is ook al door Thijsse uitgevonden), maar er zijn prachtige kleine plantsoentjes te vinden, er zijn honderden achtertuintjes met ruimte voor wilde dieren en er liggen kleinere en grotere parken omheen, waarin ook weer enige “wilde” hoekjes te vinden zijn.

Zo had ik laatst nog 3 egels in m’n tuintje en vorige week nog een groepje staartmezen. Van dat soort waarnemingen in de stad word ik gelukkig. En ook het kleinere spul onbreekt niet: vlinders, hommels, solitaire bijen, interessante spinnen en nog veel meer.

Ik vind het een leuke toevalligheid dat het plein waaraan ik woon naar Jac. P. Thijsse genoemd is, want ik houd er dezelfde – noch linkse noch rechtse – hobby op na als hij, zij het 1000 keer minder erudiet dan de meester zelf. Ik ben geen bioloog, maar slechts een eenvoudige natuur- en landschapsliefhebber, die blij wordt van iedere gezonde landelijke dan wel urbane omgeving.

In de sfeer van de Verkade Albums heb ik een klein schilderijtje gemaakt (het is eigenlijk een bewerkte foto) van het Thijsseplein, genaamd “Sprookjesplein”.
Het heeft min of meer het formaat van de originele Verkade-plaatjes. [afbeelding: zie onderaan]
Ook heb ik er een bijbehorend muziekstukje bij geschreven, dat echter kwa sfeer beduidend somberder is. De titel daarvan is “Leave me alone (but don’t let me down)”. De reden van die somberheid verklap ik nog even niet, maar misschien kunt u het al een beetje raden. [muziek: zie onderaan]

Niet alleen vanwege de natuur vind ik de Van der Pekbuurt leuk, maar ook vanwege de huisjes zelf – ik heb al eens een muzikale ode voor Louise Went geschreven, de ontwerpster van de interieurs van de huisjes.
En ook over mijn buren ben ik zeer tevreden: een prettige mix van Marokkaans, Surinaams, Turks, Irakees, Afrikaans en Autochtoniaans. Er is rondom mijn huisje weinig hommeles. We gaan met elkaar om zoals het goede buren betaamt: af en toe tijd voor een praatje, en elkaar op de juiste momenten met rust laten. Maar er is ook ruimte voor vriendschappen: mijn Irakese buurman is één van m’n beste vrienden geworden, en ik heb via de huurdersvereniging ook fijne mensen leren kennen. Voor het maken van goeie kontakten zijn volgens mij niet eens zoveel speciale “projecten” of “buurtinitiatieven” nodig en ik doe er ook meestal niet aan mee: die sociale kontakten ontstaan vanzelf wel! Neemt niet weg dat er misschien voor jongeren nog iets moet komen, maar ik ben, nogmaals, op het gebied van buurtkontakten tevreden.

Maar voordat ik het vergeet: om die goeie kontakten “vanzelf” te kunnen maken, moet er wel aan een aantal voorwaarden zijn voldaan, die meestal niet mijn verantwoordelijkheid zijn en niet tot m’n mogelijkheden behoren. Ik doel hier op: een evenwichtige verdeling van de woonruimte, dus niet alleen bepaalde doelgroepen, zoals studenten, bejaarden of horeca-ondernemers (ik noem maar eens wat). Ook de leegstand die ik om me heen zie toenemen is natuurlijk niet bevorderlijk voor een gezond sociaal leven, om over verloedering maar te zwijgen. En er is nog iets dat meespeelt: er moet wel een gevoel van continuïteit zijn in je buurt, anders ben je ook minder geneigd om te investeren in de sociale cohesie. Deze voorwaarden zijn m.i. vele malen belangrijker en doeltreffender voor de Van der Pekbuurt dan de vele gesubsidieerde kunstenaarsinitiatieven die als een soort vrolijk masker over de buurt gedrapeerd worden.

Van der Pek is, zeker voor kunstenaars, ÜberHot!
En ik misgun het ze niet! Ik geniet van al die kunst!
Tolhuistuin, Marktbroedstraat, Facelift Van der Pekstraat, Filmmuseum, Buurtwinkels, Bed en Brek in de Van der Pek, het kan niet op! Ik doe er zelfs aan mee! Als het zo doorgaat word ik steeds gelukkiger in dit buurtje! Al die natuur! Al die kunst! Al die fijne lieve mensen! Al die prachtige huisjes! En tot slot van het feest ook nog: dat prachtige centrum van Amsterdam naast de deur.

Maar u voelt het misschien al langzaam maar zeker aankomen: de euforie is eindig; ik zal een keer moeten vertrekken. Twee dingen maken dat extra wrang: ik mag na de renovatie niet terugkeren in mijn huisje; het huisje dat in een prima staat verkeert en waar ik de nodige investeringen heb gedaan terwille van mijn beroep (=muzikant/muziekleraar) en waar ik ook al – op mijn manier – geïnvesteerd heb in de sociale cohesie van m’n omgeving.
Nog wranger wordt het als ik elders ook geen passend (en dan bedoel ik ook: financieel passend) huisje kan vinden, want over het aanbod van vergelijkbare vervangende woonruimte krijg ik stelselmatig tegengestelde berichten. Het feit dat ik – als niet-woningzoekende – geen inzage meer heb in het woningaanbod van Woningnet heeft mijn vertrouwen op dit gebied helaas geen goed gedaan.
Niet dat ik van plan ben weg te gaan……
Overigens merk ik dat m’n betoog langzaam maar zeker richting het “slijk der aarde” moduleert, en derhalve in mineur zal belanden, hetgeen niet m’n bedoeling was. Over dat slijk is al zoveel te doen. Het vertroebelt ons zicht op de dingen die er echt toe doen.

Laat ik liever in majeur eindigen: het duurt in mijn geval nog minstens een jaar of negen. Nog negen jaren een tevreden burger, die tijd heeft voor z’n geliefde buurt, voor z’n beroep, en misschien zelfs voor een duurzame samenleving: je weet wel, zo’n samenleving die je vooral bereikt door zoveel mogelijk zaken niet te doen.

Aris van Hoeflaken

 
Leave me alone
 
<br /> &lt;BGSOUND SRC=&#8221;http://www.furmo.nl/www-aris/Leave-me-alone.mp3&#8243; &gt;

Sprookjesplein

Sprookjesplein

 

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *